Het is niet heel erg makkelijk, maar met een beetje hulp maak je een heerlijk geurende kaars.
Wat heb je nodig?
- een sinasappel
- een mesje
- een citroenpers
- een schaar
- een lontje
- lijm
- een sateprikker
- kaarsstompjes
- een oude jampot
- een pan
- geurolie
Hoe maak je het?
Snij een sinasappel iets boven het midden door (wees voorzichtig met het mes). Het kleinste stuk van de sinasappel kun je weggooien, want dat heb je niet meer nodig. Pers de grootste helft van de sinasappel hierna voorzichtig uit, want de rand mag niet inscheuren.
Knip een stuk lont af en lijm het uiteinde onderin de sinasappel vast. Als de lont aan de sinasappel vastzit knoop je het andere einde van het lont vast aan een sateprikker en leg je de sateprikker bovenop de rand van de sinasappel. Let op: het lont moet in een rechte lijn liggen en mag niet te strak staan.
Gebruik een mesje om een aantal kaarsstompjes in kleine stukjes te snijden (opnieuw opletten dat je je niet bezeert) en doe de stukjes in een jampotje (dat natuurlijk wel eerst is schoongemaakt). Zet de jampot met de stukjes kaars in een pan met water en verwarm de pan op het fornuis om de was te smelten.Misschien kun je een volwassene vragen om je hierbij te helpen of dit voor je te doen.
Als de kaarsstompjes helemaal gesmolten zijn doe je een paar druppeltjes geurolie in het jampotje. Vraag een volwassene om het potje uit de pan te halen en de vloeibare was in de sinasappel te gieten.
Wacht tot de kaarsenwas gestold is en knip dan de lont af op ongeveer twee centimeter van de was. Je hebt een geurende kaars gemaakt!
