Over paarden, ezels en zebra’s
Hieronder lees je wat je nog niet wist (of misschien al wel) over paarden, ezels en zebra’s.
- Heel lang geleden (50 miljoen jaar) leefde er in Noord-Amerika al een paardachtig beestje dat niet groter was als een hond.
- Een veulentje kan binnen een uurtje na zijn geboorte al lopen.
- Paarden en ezels kunnen getemd worden. Met een zebra lukt dit niet.
- Zebra’s komen alleen in Afrika voor. Het zijn paarden met strepen. Maar waarom hebben zebra’s strepen? Dat weet niemand. Wat men wel weet is dat het strepenpatroon bij elke zebra weer anders is.
- Wil je ezels in het wild tegenkomen. Dan moet je in Afrika en Azië zijn.
- Een ezel herken je (in vergelijking tot een paard) aan zijn lange oren, zijn steelstaart met een kwast en hun grotere kop.
- Een paardenhoef is eigenlijk gewoon een heel dikke nagel.
- Paarden, ezels en zebra’s kunnen met elkaar gekruist worden. Alleen kunnen de kind-paard-ezel-zebra’s zelf geen jongen krijgen.
- Een paar honderd jaar geleden waren er veel meer paarden dan vandaag de dag. Waarom? Omdat ze veel van het werk deden dat tegenwoordig door machines (bijvoorbeeld voor het werk op het land of transport) wordt gedaan.
- Zo’n 6000 jaar geleden werden wilde paarden voor het eerst tam gemaakt en ging de mens op ze rijden.
- Een paard is een groepsdier. Zo’n groep heet een kudde en bestaat uit een heleboel merries (vrouwtjespaarden), veulens (paardkinderen) en 1 volwassen hengst (mannetjespaard). De laatstgenoemde is trouwens de baas van de kudde.
Op basis van info in de Tam Tam van mei 2006